20 maart 2020

Coronacrisis: adempauze binnen het huurrecht

De impact van de coronacrisis op onze samenleving is enorm. Ook de verplichtingen uit huurovereenkomsten komen onder druk te staan door de coronacrisis. Wij schreven hier onlangs al een eerste informerend artikel over, waarbij de het speelveld binnen het huurrecht werd benoemd.

Detailhandel

Aansluitend aan onze gedachte om een pragmatische oplossing te zoeken, waarbij invulling wordt gegeven aan het beginsel van ‘goed (ver)huurderschap’ en omzien naar elkaar,is op 24 maart 2020een 'corona-akkoord' bereikt tussen vastgoedeigenaren en retailers. Met dit akkoord kunnen de (meeste) huurders, de retailers, voorlopig weer ademhalen.

De partijen zijn het volgende overeen gekomen:

  • Kwartaalhuren voor Q2 die per 1 april ingaan worden omgezet in maandhuren.
  • Waar nodig krijgen retailers uitstel van betaling voor de huur van 1 april tot 20 april
  • Als er al huurnota’s zijn verstuurd, worden die niet geïncasseerd tot 20 april
  • Er worden tijdens crisismaanden geen boetes of rente gerekend over uitgestelde huurbetalingen
  • Winkels zonder substantiële omzetdaling (25%) blijven buiten de discussie
  • Retailers krijgen de mogelijkheid om tot eind april niet aan een exploitatieverplichting te voldoen. Dit in onderling overleg.

Meer over dit corona-akkoord tussen vastgoedeigenaren en retailers leest u hier.

Woningen

Op 26 maart 2020is ook voor huurwoningen een 'corona-akkoord' bereikt.

Geen ontruimingentijdens de coronacrisis

Het kabinet heeft diverse maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat zo min mogelijk mensen op korte termijn in de financiële problemen komen. Voor huurders die ondanks die maatregelen niet de maandelijkse huur kunnen betalen, spannen verhuurders zich in om maatwerk te leveren. Daarnaast worden er gedurende de coronacrisis geen huisuitzettingen gedaan. Tenzij er evidente redenen zijn, zoals criminele activiteiten of extreme overlast.

Dit akkoord is door de minister van Veldhoven van Milieu en Wonen met verhuurdersorganisaties en brancheverenigingen afgesproken. De woonpartijen vertegenwoordigen ruim 80% van de huurhuizen in Nederland. De minister verwacht dat er met deze afspraken passende stappen zijn gezet om ten tijde van de coronacrisis geen huisuitzettingen te doen. Indien blijkt dat afspraken niet nageleefd worden of verhuurders die niet aangesloten zijn bij een verhuurderorganisatie toch overgaan tot huisuitzettingen is een wettelijke maatregel niet uitgesloten.

Spoedwet t.b.v. tijdelijke verhuur woonruimte

Daarnaast komt er een spoedwet om tijdelijke huurcontracten te verlengen. Dat is op dit moment niet mogelijk. Wanneer een huurder een tijdelijk contract heeft en de huurder na de periode met goedvinden van de verhuurder in de woning blijft wonen, wordt de huurovereenkomst op grond van artikel 7:230 van het Burgerlijk Wetboek verlengd voor onbepaalde tijdDit is ongewenst, omdat een huurder zich dan kan beroepen op de dwingendrechtelijke bepalingen van het huurrecht. Een verhuurder kan dan bijvoorbeeld - indien een huurder niet wil vertrekken uit de woning - alleen de huurovereenkomst beëindigen met een beroep op een in de wet genoemde reden.

Aangezien het niet wenselijk is dat een huurder na het verstrijken van de huurperiode op straat komt te staan, maar het ook niet wenselijk is dat een verhuurder wordt verbonden aan een contract voor onbepaalde tijd, moet de nieuwe spoedwet een uitkomst bieden.

Het gezamenlijk statement verhuurders over huisuitzettingen en tijdelijke huurcontracten tijdens de Coronacrisisvindt hier.

Meer informatie

Wilt u meer weten over dit onderwerp of over het huurrecht in het algemeen? Neemt u dan contact op met Linda Dijkstra of één van de andere vastgoedspecialisten van ons kantoor. Wij denken graag met u mee.

Auteur
Mr. L.W.B. (Linda) Dijkstra - Devillers

Advocaat

Bel Linda Dijkstra - Devillers